7 regels voor de plaatsing van verkeersborden
Als je aan de openbare weg verkeersborden wilt plaatsen, of verkeersborden wilt plaatsen op je eigen terrein maar dan wel zichtbaar vanaf de openbare weg, dien je je te houden aan een aantal regels. Maar wat zijn nu allemaal die regels en hoe moet je je eraan houden? Lees deze blog met de 7 tips voor het plaatsen van verkeersborden en je bent direct op de hoogte!
Als je officiële verkeersborden wilt gaan plaatsen, moet jij je gaan houden aan de zogenoemde UVS BABW. Deze afkorting staat voor 'Uitvoeringsvoorschriften BABW inzake verkeerstekens', een handleiding waarin de voorschriften zijn opgenomen die betrekking hebben op het toepassen, het plaatsen en het uitvoeren van enkele in het RVV 1990 opgenomen verkeersborden, onderborden en verkeerstekens op het wegdek. In paragraaf 2.2 van dit handboek zijn algemene bepalingen ten aanzien van plaatsing van verkeersborden vermeld. Lees hieronder de zeven tips en regels met betrekking tot het plaatsen van verkeersborden:
- De waarneembaarheid van verkeersborden moet zowel overdag als 's nachts verzekerd zijn
Verkeersborden dienen altijd op zo een manier zijn geplaatst, dat deze te allen tijde goed zichtbaar zijn. Hierbij mag het zicht op het verkeer of de verkeerstekens niet worden belemmerd
- De verkeersborden dienen haaks ten opzichte van de wegas worden geplaatst
Wanneer de verkeersborden haaks op de wegas worden geplaatst, zorgt dit voor de beste zichtbaarheid overdag en in het donker. Op deze manier profiteert de weggebruiker optimaal van de retroreflecterende eigenschappen van het verkeersbord
- Verkeersborden moeten op de juiste afstand van de weg worden geplaatst
De afstand tussen de rand van het verkeersbord en de kant van de rijbaan moet bij voorkeur minimaal 60 cm bedragen. De afstand tussen rijbaan en verkeersbord(en) mag niet meer bedragen van 3,60 meter. Op wegen die zich buiten de bebouwde kom bevinden, en zonder parkeer- of vluchtstrook, dient de afstand ten minste 1,80 meter te zijn
- De hoogte van de onderkant van het verkeersbord ten opzichte van het wegdek dient een minimale hoogte te hebben
Binnen de bebouwde kom dient de hoogte tussen de onderkant van het verkeersbord ten opzichte van het wegdek minimaal 2,20 meter te bedragen. (Deze vlieger gaat echter niet op voor een verkeerseiland, buiten een pad of trottoir). Buiten de bebouwde kom dient de afstand tussen de onderkant van het onderste verkeersbord ten opzichte van het wegdek 120 cm te zijn.
De hoogte van deze verkeersborden wordt naast de gemiddelde zithoogte van verkeersdeelnemers, zo rond de 150 cm, bepaald door de benodigde vrije hoogte voor voetgangers en het overige verkeer. De hoogte van de verkeersborden D02 of D03 ten opzichte van het wegdek dient minimaal 90 cm te bedragen in het geval dat het verkeersbord wordt geplaatst op een zogenoemde vanizuil.
- De verkeersborden moeten te allen tijde worden gecombineerd in de volgorde zoals deze is beschreven volgens RVV 1990
Dit houdt in de verkeersborden uit de categorie met hoogste letter in het alfabet onderaan komt te hangen. Zo komt bijvoorbeeld het verkeersbord A01-30, het snelheidsbord dat een maximumsnelheid van 30 km/h aangeeft, onder bijvoorbeeld het verkeersbord B01 komt te hangen. Heb je nog een verkeersbord uit de categorie C – geslotenverklaring – dan komt dit verkeersbord bovenaan te hangen.
Hier is een verkeersbord uit de categorie B (voorrang) onder dat uit de categorie E (parkeren) geplaatst
- Meer dan twee verkeersborden (uitgezonderd van onderborden) worden buiten de bebouwde kom niet boven elkaar geplaatst
Het plaatsen van meer dan twee verkeersborden buiten de bebouwde kom wordt met klem afgeraden. Omdat een weggebruiker dan te veel informatie moet verwerken, komt dit de verkeersveiligheid niet ten goede
- Verkeersborden worden normaal gesproken aan de rechterkant van de weg geplaatst
Wanneer het verkeersbord betrekking heeft op de gehele rijstrook, dan mag het bord eventueel ook boven de weg worden geplaatst. Het is eveneens toegestaan om ter hoogte van de aan de rechterzijde van de weg geplaatste verkeersborden aan de linkerkant van de weg of rijbaan te plaatsen. Dit mag uitsluitend indien uit het oogpunt van de waarneembaarheid hier behoefte aan is dan wel wanneer het verkeersbord bovendien betrekking heeft op de linkerzijde van de weg. . Bij het gebruik op twee- of meerstrooksgedeelten van autosnelwegen en dubbelbaans autowegen worden de borden A01 en A04, C22, F01 tot en met F04, J (alle), L05, L07 en L11 geplaatst aan beide zijden van de rijbaan waarop zij betrekking hebben.
Alle verkeersborden RVV bekijken ►
Ook interessant
![Wanneer gebruik je individuele valbeveiliging?]()
In een vorige blog hebben we al uitgelegd dat je van de Arbo-wet bij werkzaamheden op hoogte verplicht bent te zorgen voor collectieve valbeveiliging....
Lees meer
![Dakrandbeveiliging: hoe en wanneer moet je deze gebruiken?]()
Visser Assen – in 2023 gefuseerd met AIC Harderwijk tot de AIC Visser Groep – houdt zich al sinds de oprichting in het jaar 1974 met alles wat er op e...
Lees meer
![AIC Visser ontvangt 3.000ste review]()
In de afgelopen jaren weten steeds meer klanten AIC Visser te vinden én te waarderen. Met gepaste trots kunnen wij dan ook vermelden dat gisteren – 16...
Lees meer
